Child Language Disorders lab
Het CLaDis lab is een onderzoeksteam dat taalstoornissen bij kinderen onderzoekt. Wij zijn onderdeel van de onderzoeksgroep Neurolinguïstiek van de Rijksuniversiteit Groningen.
Taalstoornissen kunnen met een duidelijke neurologische verklaring optreden, maar ook zonder. Hoe dan ook beïnvloeden ze het functioneren op school en op latere leeftijd op het werk. Om kinderen met een taalstoornis zo goed mogelijk te helpen, focussen wij ons op zowel de taalvaardigheid als de neurologische basis daarvan. Lees hieronder meer!
Taal doet ertoe
Welke aspecten van taal zijn lastig voor kinderen met een taalstoornis? Wij focussen ons op de productie en het begrip van werkwoorden en zinnen, aangezien kinderen met een taalstoornis daar het meeste last mee lijken te hebben.
Gebruiken kinderen met taalstoornissen andere strategieën om nieuwe woorden te leren? Wij focussen ons op het leren van werkwoorden en onderzoeken welke talige contexten dit moeilijker of juist makkelijker maken.
Hoe kunnen we taalstoornissen het beste herkennen? Wij ontwikkelen een set taaltesten om taalstoornissen bij kinderen te beschrijven.
Hersenen doen ertoe
Welke verschillen in hersenstructuren hebben kinderen met taalstoornissen? Ons huidige werk focust zich op afwijkingen in witte en grijze stof bij kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (ook wel TOS) en kinderen die een hersentumor hebben gehad.
Welke van deze verschillen in hersenstructuur kunnen de taalproblemen (gedeeltelijk) verklaren? Hier komen taal en het brein samen!
Welke veranderingen in hersenstructuren worden geassocieerd met betere taalvaardigheden wanneer kinderen ouder worden?
Teamwork makes the dreamwork
Aangezien taal een complex proces is dat niet in isolatie "plaatsvindt", bevindt ons onderzoek zich op het raakvlak van verschillende disciplines. We combineren kennis uit de klinische linguïstiek, logopedie, neuropsychologie, neurologie, oncologie, en neurowetenschappen. Hiervoor werken we nauw samen met experts op elk van deze verschillende gebieden.